Wie doet dat?

Aan het SCORE-onderzoek doen zeven organisaties mee. Door zich aan te sluiten bij het samenwerkingsverband onderschrijven zij het belang van het onderzoek. Het gaat daarbij om:

  • De afdeling Orthopedagogiek van de Universiteit Leiden;
  • De zorginstellingen Ipse de Bruggen, De Hartekamp Groep, Cordaan en Ons Tweede Thuis;
  • De onderwijsinstellingen ROC Mondriaan en ROC Nova College

Gezamenlijke ambitie

De gezamenlijke ambitie is om meer kennis te vergaren over de dagelijkse ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking en een zeer intensieve zorgvraag. De betrokkenheid van de zorginstellingen blijkt uit het volgende:

None

'Bij Ipse de Bruggen merken wij in de praktijk dat ondersteuners vaak heel goed weten wat werkt voor cliënten waar zij bij betrokken zijn. Wanneer aan deze medewerkers wordt gevraagd waarom bepaalde ondersteuning wordt ingezet voor een cliënt, blijkt die vraag moeilijk te beantwoorden en is het kennis, intuïtie en ervaring die bepalen welke keuzes in de ondersteuning worden gemaakt. Graag zouden we willen onderzoeken wat het beste werkt voor welke cliënt, zodat alle cliënten binnen de intensieve verblijfszorg hiervan optimaal kunnen profiteren.'

'In alles wat Ons Tweede Thuis doet staat de relatie centraal. Het onderzoek sluit goed aan bij onze visie. Wij willen graag samen op zoek naar relevante factoren die de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking en een intensieve zorgvraag kunnen verbeteren.'

'De Hartekamp Groep neemt deel aan dit onderzoek, omdat het hen gaat helpen bij de evaluatie van ondersteuning van cliënten. 'Wij geven onze ondersteuning vorm conform het concept van versterkend begeleiden.'

Cordaan vindt het belangrijk om te participeren en investeren in wetenschappelijk onderzoek voor mensen met een verstandelijke beperking. 'Er is een grote groep cliënten waarbij zorgverleners en begeleiders nog vaak handelingsverlegen zijn en waarbij wij niet weten welke begeleiding en ondersteuning effectief is en de cliënt helpt een betere kwaliteit van bestaan te ervaren. Dit onderzoek kan een bijdrage leveren aan het zicht krijgen op deze zorg en ondersteuningsbehoefte.'